Dit paviljoen is ontworpen als een uitbreiding van het bestaande WSG-gebouw, dat in gebruik is als faculteit van Economie en Bedrijfskunde van de Rijksuniversiteit Groningen. Het bevat naast collegezalen ook een bibliotheek en werkkamers voor docenten.

De uitbreiding van pvanb architecten creëert in totaal 2000m2 extra ruimte. Deze wordt ingevuld als bibliotheek voor Economie en Bedrijfskunde, kantoorruimte en een collegezaal met capaciteit voor 150 personen. Het nieuwe volume is verrezen naast het WSG-gebouw en daarmee middels een luchtbrug verbonden. Daarnaast is het gebouw voor een aanzienlijk deel op kolommen boven het water geplaatst. Daardoor - en ook door de uitstraling en het materiaal dat is gebruikt - schaart het gebouw zich nadrukkelijk in de reeks 'paviljoens aan het water' op Zernike.

De opzet van het volume is onregelmatig en vormt een vijfhoek. Dat zorgt ervoor dat er altijd twee verschillende zijden te zien zijn: het geeft het gebouw een beweeglijke indruk. Die schijnbare beweeglijkheid van het gebouw wordt versterkt door de over elkaar heen gelegde lagen in de gevel: het Moiré-effect. Bij de verdieping met kantoren bestaan de lagen uit aluminium kokers, bij de verdieping van de bibliotheek zijn geperforeerde aluminium platen over elkaar geplaatst.