Welkom bij Huis ‘De Beurs’
Huis ‘De Beurs’ is een klassiek, nostalgisch Gronings café-restaurant, dat omstreeks 1795 al zou zijn gevestigd op de hoek van de Folkingestraat en het A-kerkhof. Het ontleent zijn naam aan de aan de overzijde gevestigde Korenbeurs, waar tot ver in de 20e eeuw granen, zaden en peulvruchten, afkomstig van de Ommelanden, werden verhandeld. De commissionairs in deze graanhandel vormden gedurende lange tijd deel van de clientèle van ‘De Beurs’. En dat zijn ze nog steeds: iedere week komt deze ‘Koninklijke Vereeniging De Beurs’ in het café bijeen. In het logo van Huis ‘De Beurs’ verwijst het hoofd van Mercurius -de god van de koophandel- naar hun nering.
Het monumentale pand ‘De Beurs’ heeft een rijke geschiedenis. Het heeft in de loop der tijd onder andere gediend als logement voor handelsreizigers, concertzaal, venduhuis, bioscoop, stripteasetent, kegelbaan en schouwburg avant-la-lettre. Na de bevrijding in 1945 zijn er enige tijd Duitsers en collaborateurs geïnterneerd.
Een illustratie van de veelheid van functies zien we in 1885 als in Huis ‘De Beurs’ een afdeling van de Sociaal Democratische Bond, de voorloper van de PvdA, wordt opgericht. Veel sociaal-democraten kwamen er samen. Een gedenksteen van Henri de Wolf uit 1985, voorzien van een citaat uit de marxistische leer, herinnert in de zijgevel aan deze gebeurtenis. Door de jaren heen is Huis ‘De Beurs’ een rood nest gebleven: vele socialistische complotten zijn er gesmeed.
In 1904 wordt ‘De Beurs’ uitgebreid: aan de A-kerkhof wordt een pand gebouwd waarin op de benedenverdieping een concertzaal wordt ondergebracht en op de eerste etage een vergadercentrum. In 1917 wordt deze concertzaal als bioscoop ingericht, waarna deze onder de naam ‘Beurs Theater’ zelfstandig verder opereert. Eind jaren ‘80 genoot dit theater een zodanige smoezelige reputatie, dat besloten werd de deuren maar definitief te sluiten.
In 1927 legt een fikse brand de eerste etage van Huis ‘De Beurs’ volledig in de as. Bij de herbouw heeft men besloten de zaak van een derde bouwlaag te voorzien. Dit heeft geresulteerd in de gevel zoals we die tegenwoordig kennen. Op de bovenétages bevinden zich nu zalen van uiteenlopende grootte, die voor allerlei activiteiten worden gebruikt: vergaderingen, recepties, yoga, marktonderzoek, lezingen, promoties, boek- en cd-presentaties, popconcerten, bedrijfspresentaties, diners, theater, bruiloften, comedy café, oefenruimte, borrels of gewoon, voor een mooi feest.
De laatste eeuw is Huis ‘De Beurs’ een Groningse variant in de Europese traditie van het koffiehuis. Het kan zich hierin meten aan de Midden-Europese steden Praag, Boedapest en Wenen die op dit gebied ook nu nog een goede naam hoog te houden hebben.
Een koffiehuis is een wat verouderde benaming voor een café dat overdag geopend is en waar vooral koffie en licht alcoholische dranken worden genuttigd. Huis ‘De Beurs’ als koffiehuis is een ontmoetingsplek voor boeren, burgers en buitenlui, een plek waar de wereld van het dagelijkse leven, van de handel, cultuur, wetenschap en politiek samenvalt. Onder het genot van koffie en gebak wordt er met anderen van gedachten gewisseld, stamgasten lezen er hun krant, er wordt naar anderen gekeken, dat wederzijds, er wordt geschreven, gedacht, gedicht en gewerkt, men rust er even uit en men spreekt er af, laptops worden er ontvouwen, marktkooplui halen er koffie, studenten treffen er elkaar na het college en de passanten, die doen er hun naam eer aan. Ondertussen waagt een pianiste zich aan iets uit het tweede van Rachmaninov.
Kortom, ‘De Beurs’ is een keurige burgermanszaak voor een breed publiek. Het afficheerde zich ooit met wervende leuzen als ‘Prima consumptie en nette bediening’ en ‘Ruime Zalen disponibel’. Aan actualiteit hebben deze kwalificaties niets ingeboet!
Het interieur van ‘De Beurs’ laat zich kenmerken als stijlvol, bruin en tijdloos. Wanneer men via de zo kenmerkende, rolstoel- en kinderwagenvriendelijke (!) draaideur binnenkomt, is het alsof de tijd er geen grip op krijgt. Toch is er in de loop der jaren nogal wat verdwenen, vertimmerd en aan toegevoegd. Zo is een deel van de inrichting van café ‘Der Witz’ aan de Grote Markt afkomstig uit een afvalcontainer die gebruikt werd tijdens rigoureuze restauratiewerkzaamheden in ‘De Beurs’. Bepaalde elementen die men in ‘De Beurs’ aantreft komen weer ergens anders vandaan. Zo zijn het koperen trapbeslag en de messing ornamenten in het trappenhuis naar de tweede etage afkomstig uit voormalig hotel ‘De Faun’ aan het Zuiderdiep. Ook werd de kleurstelling van de wanden nogal eens radicaal omgegooid. Nadere beschouwing van het interieur legt hier en daar de bouwkundige historie van het pand bloot. Wanneer je het in olieverf geschilderde plafond goed bekijkt, dan zie je in de lengte smalle stroken, die elkaar systematisch in licht en donker afwisselen: boven de lichte stroken bevindt zich het lattenhouten plafondraamwerk, de donkere stroken duiden op de aanwezigheid van het natuurlijke isolatiemateriaal van kaf en turf, dat onbedoeld als luchtfilter fungeert. Nicotine laat hier zijn sporen na. Langs de wanden treft men nog de gietijzeren roosters aan waarachter de door stoom verwarmde cv-radiatoren waren geplaatst. De cirkelvormige ornamenten aan het plafond markeren de plek waar ooit de gaslampen hingen. De koperen buis die in de breedte van het café is aangebracht heeft in het verleden gediend als gordijnroede: de gordijnen werden gesloten wanneer zakenlieden zich daarachter, in gezelschap van vrouwelijk schoon, met hun werk of anderszins bezighielden.
Het is nog niet zo lang geleden dat er in ‘De Beurs’ een mooi strak en glad biljart stond. Het schurend geluid van het krijten van de pomerans en het helder ketsen van de ballen is verleden. Ook was ‘De Beurs’ befaamd om de pluche, Hollandse kleedjes op iedere tafel. Welnu, het een verdween om bedrijfseconomische reden, het andere uit oogpunt van hygiëne.
Hoe dan ook: de in ‘De Beurs’ aanwezige sfeer is bijzonder. Daartoe draagt ook de lichtval bij. Die heeft menig kunstenaar geïnspireerd voor een schets, aquarel of schilderij in olieverf . Verwezen kan worden naar werk van onder meer Malie Baehr, Joost Doornik en Silvester Peperkamp.
Het smalle, lange terras van ‘De Beurs’ heeft veel te bieden: vanzelfsprekend datgene waar het op een terras om te doen is, maar ook het levendige straatrumoer van de Vismarkt en de vaak hilarische, bizarre hectiek op de kop van de Folkingestraat, een straat die overigens deel uitmaakt van het Pieterpad. Voor wandelaars ervan blijkt ‘De Beurs’ nogal eens een welkome verpozing.
Enfin. Groningen zonder Huis ‘De Beurs’ is een vreemde gedachte.