Tussen 1907-1909 wordt het Eendrachtskanaal gegraven om een betere vaarverbinding te krijgen tussen de Zuiderhaven en het Hoendiep. Kort daarna verrijzen van weerszijden van het kanaal diverse nieuwe magazijnen en pakhuizen. Architect P.M.A. Huurman neemt er verschillende voor zijn rekening. Zo ontwerpt hij het kantoor met magazijnen De Eendacht in opdracht van de firma Catz en een groot gebouwencomplex voor de Firma Stokvis en Zonen op de plek waar nu ‘de zwarte doos’ staat.

 

Huurman ontwerpt het meelpakhuis met bovenwoning in 1916 in opdracht van de firma J. Koopmans in een sobere expressionistische bouwstijl. De voorgevel is opgemetseld uit een rode baksteen en voorzien van een trasraam van bruine baksteen. De gevel is symmetrisch van opzet. De hoeken zijn uitgemetseld tot brede penanten die aan de bovenzijde worden afgesloten door betonnen elementen die iets boven de rest van het platte dak uitsteken. Rechts op de begane grond bevindt zich de oorspronkelijke toegang tot de bovenwoning.

 

De linker penant bevat een verdiept liggend H-venster met driedelig bovenlicht en een gemetselde afzaat. Boven beide gevelopeningen zijn de penanten geaccentueerd met een rechthoekig vlak met verticale uitgemetselde stroken baksteen die aan de bovenzijde een keramische afdekking hebben, versierd met korenaren. 

 

Ter hoogte van de overgang naar de bovenste verdieping zijn de penanten versierd met ruitvormige keramische ornamenten. De tussenliggende stenen zijn elk voorzien van kleine loodslabben. Aan de bovenzijde zijn de penanten voorzien van verticale uitsparingen in het metselwerk die aan de onderzijde versierd zijn met uit het gevelvlak stekende keramische ornamentjes. De begane grond hiertussen bevat een dubbele bedrijfsdeur van latere datum en twee H-vensters bij het voormalige kantoor met twee verticale roeden in de bovenlichten. 

 

De verdiepingen bevatten telkens drie, per hoogte afnemende vensters met verticale roeden in de bovenlichten. Al deze openingen hebben aan de bovenzijde brede strekken met iets vooruitspringende rollagen. De achtergevel bevat op de eerste verdieping aan de oostzijde een uitbouw en een dubbele terrasdeur met zijlichten en op de bovenste verdieping twee T-vensters, alle met identieke verticale roeden als in de voorgevel.

 

In 1929 is de begane grond aan de achterzijde uitgebreid met een aanbouw. In 1940 volgt weer een uitbreiding waarbij de open grond achter het magazijn wordt bebouwd tot kantoor- en magazijnruimten en een bovenwoning. Tevens vindt samenvoeging plaats van de magazijnruimte met die van het linker buurpand, nr. 9. In 1947 vindt herbouw plaats van de in dat jaar afgebrande achterliggende magazijnen en werkplaatsen.