De stad Groningen was lang het centrum van de graanhandel. Eerst regionaal, later zelfs nationaal. Dat kwam mede doordat Groningen in de Middeleeuwen het stapelrecht had verkregen. Al het graan uit het Ommeland moest daardoor eerst op de markt in de stad worden aangeboden.

 

Vooral vanaf 1750 groeide de graanhandel sterk. Op de beurs verkochten handelaren op basis van kleine monsters grote partijen graan. Aan de Vismarkt werd in 1774 een houten beursgebouw neergezet, maar dat werd na een paar decennia te klein. In 1825 werd het vervangen door een stenen beursgebouw met een open binnenplaats. Daar werd de handel gedreven. Dat bleek onhandig, bovendien was ook dit gebouw al snel te klein. 

 

In 1862 kreeg Stadsbouwmeester J.G. van Beusekom de opdracht een grote overdekte beurs te ontwerpen: de huidige Korenbeurs. In 1865 werd het gebouw geopend, Van Beusekom ontwierp het in een mix van stijlen en gebruik makend van verschillende technieken. 

 

Het entreegebouw heeft een classicistische opbouw, met zuilen en pilasters die worden bekroond door kapitelen in de composiete orde. Aan weerszijden van de ingang staan twee zinken beelden van Romeinse goden: Neptunus, de god van de zee, en Ceres, de godin van de landbouw. Op de nok prijkt een beeld van Mercurius, de god van de handel. Samen onderstrepen ze de grote betekenis van handel, scheepvaart en landbouw voor de stad Groningen. 

 

Op de begane grond van het voorgebouw, aan weerszijden van de entree naar het beursgebouw, zaten oorspronkelijk kantoren. Op de eerste verdieping, aan de rechterkant, zat een woning, bedoeld voor de opzichter. 

Het entreegebouw geeft toegang tot de beurshal. Die is uitgevoerd in een voor die tijd heel moderne gietijzeren constructie. De hoge ramen zorgen voor veel lichtinval, wat het keuren van de graanmonsters makkelijker maakte. 

In de loop der tijd is de Korenbeurs verschillende malen verbouwd. Lange tijd ging het vooral om kleine aanpassingen en de realisatie van extra benodigde kantoorruimte, waarbij onder andere de woning op de eerste verdieping verdween. Tot ver in de jaren 80 van de 20ste eeuw werd de Korenbeurs op dinsdag – de vaste beursdag – gebruikt voor de graanhandel. Op de overige dagen verhandelde een firma er allerhande goederen. 

 

Nadat de graanhandel uit het gebouw vertrok, had de Korenbeurs verschillende functies – van horeca en kleinschalige detailhandel tot sporthal, versmarkt en spiritueel centrum. In 1990 vond een ingrijpende modernisering plaats, naar een ontwerp van architectenbureau Cor Kalfsbeek, het huidige DAAD Architecten. Het voorgebouw kreeg daarbij een horecabestemming. Ook kreeg het pand een lift, waarvoor twee gietijzeren kolommen moesten wijken. Ze kregen een nieuwe plek in het horecagedeelte. In de beurshal kwam ruimte voor verschillende kleinere winkeltjes. 

 

Sinds 2000 huist er in de Korenbeurs een supermarkt. Het hoofdgebouw is in gebruik als kantoor en magazijn.