Centrum – middeleeuwse stad
Het centrum van de stad Groningen omvat grofweg de bebouwing binnen de voormalige vestingwallen. Er zijn sporen van bewoning van ver voor de start van onze jaartelling, maar de officiële geschiedenis van dit centrale stadsdeel begint rond 700. Toen ontstonden op een uitloper van de Hondsrug 2 zogenaamde 'esdorpen': dorpsvormen op zandgrond, met een brink als centraal plein en een es als gemeenschappelijke akker. Het noordelijke esdorp bevond zich ongeveer ter hoogte van de huidige Grote Markt. Rondom het huidige Zuiderdiep bevond zich tot in de twaalfde eeuw het 2de dorp. Het noordelijke dorp kreeg de naam Cruoninga en wordt voor het eerst als zodanig vermeld in een schriftelijke oorkonde uit het jaar 1040. In deze oorkonde schenkt de Duitse keizer Heinrich III het dorp aan de Utrechtse kerk.
Groningen is van oudsher een belangrijke stad van Noord-Nederland: als kerkelijk centrum, bestuurlijk centrum en als handelsstad. In het oude Groningen hadden deze verschillende functies een eigen plek. Het gebied rond de Grote Markt was het kerkelijke en bestuurlijk centrum. De Vismarkt en omgeving vormden het economische hart. Naast de beide markten volgt het stratenpatroon van nu nog in hoge mate de middeleeuwse stadsstructuur.
Groningen is van oudsher een belangrijke stad van Noord-Nederland: als kerkelijk centrum, bestuurlijk centrum en als handelsstad. In het oude Groningen hadden deze verschillende functies een eigen plek. Het gebied rond de Grote Markt was het kerkelijke en bestuurlijk centrum. De Vismarkt en omgeving vormden het economische hart. Naast de beide markten volgt het stratenpatroon van nu nog in hoge mate de middeleeuwse stadsstructuur.