Paterskerk
De Paterskerk of Onze Lieve Vrouw Onbevlekt Ontvangenkerk staat tot 1962 aan de Gelkingestraat 17. Het ontwerp is van de hand van Nicolaas Molenaar, een leerling van P.J.H. Cuypers. De kerk wordt in 1888 als een van de drie nieuwe katholieke kerken van de stad Groningen. De bouw is nodig omdat de middeleeuwse Broerkerk – waarover de katholieke gemeenschap sinds 1821 weer beschikt – te klein is geworden en niet mee voldoet. De Jozefkerk, naar ontwerp van Pierre Kuypers, is in 1885 de eerste. Daarna volgt de Paterskerk en tot slot wordt in 1895 op de plek van de oude Broerkerk de nieuwe Martinuskerk gebouwd.
 
Molenaar ontwerpt de Paterskerk als een neogotische kruisbasiliek met een galerij boven de zijbeuken. Aan de Gelkingestraat krigt het kerkgebouw twee kleine hoektorentjes. Het ontwerp toont enige gelijkenis met de door Pierre Cuypers ontworpen Sint-Augustinuskerk in Nijmegen. Bij beide kerken worden de tribunes boven de zijbeuken geplaatst om meer zitplaatsen te creëren. Ook de mix van rond- en spitsbogen wordt door Cuypers eerder in de Sint-Augustinuskerk toegepast.
 
De kerk heeft lang een bijzondere positie als Rectoraatskerk, waar dwars door alle parochiegrenzen heen ‘zielenzorg’ gegeven wordt. Na de instelling van het Bisdom Groningen in 1956 komt Paterskerk leeg te staan. De Jezuïeten die de Paterskerk bestierden verhuizen naar de St. Jozefkerk. Daarnaast zetten zij hun onderwijsroeping voort met de stichting van de middelbare school het St. Maartenscollege. Sloop kunnen de Jezuïeten helaas niet meer voorkomen. In 1962 gaat de kerk tegen de vlakte, samen met wat aanpalende bebouwing. Op de plek verrijst het Winkelwooncomplex Willem Lodewijkpassage.

Locatie

Gelkingestraat 17

Sloopjaar

1962

Plaats

Groningen