Woning
Dit witgepleisterde woonhuis in de Zoutstraat kent een rijke bouwgeschiedenis. Het voorhuis stamt uit 1734, en hoort bij de suikerraffinaderij die ertegenover stond. Veertig jaar later, in 1774, wordt aan het voorhuis een dwars achterhuis toegevoegd. In 1904 wordt in de tuin een Bank van Leening gebouwd. De directeur neemt zijn intrek in het huis.
Achter de woning ligt een tuin. Die was oorspronkelijk onderdeel van het Spinhuis dat tussen 1664 en 1905 in de Zoutstraat stond. Het Spinhuis was een tuchthuis waar gedetineerden te werk werden gesteld. In de tuin konden zij tussen het spinnen door konden ze een luchtje scheppen.
De gepleisterde negentiende-eeuwse lijstgevel van het voorhuis stamt uit 1876. De gevel is versierd met stuc-ornamenten. Zowel het voorhuis als het dwarse achterhuis worden gedekt door een zadeldak. Het dak van het achterhuis heeft een loden nokafdekking met trotseerloodjes. Die dekken de spijkers in het loodwerk af om lekkage te voorkomen. De loodjes zijn van 1774 en dragen de initialen van Willem Roegholt.
Het interieur van het huis bevat een aantal bijzondere elementen uit de achttiende eeuw, waaronder een met marmer betegelde gang, een marmeren fontein, paneeldeuren en stucwerk.
Locatie
Zoutstraat 16
Jaar
1734
Ontwerp
Plaats
Groningen
Status
Rijksmonument