E. van Linge

Evert van Linge volgt in 1915 een opleiding tot bouwkundig tekenaar aan de Academie Minerva in Groningen. Hij zet zijn opleiding tot architect in 1916 voort aan de Voortgezet en Hooger Bouwkundig Onderricht van de Rijksakademie van Beeldende Kunsten: de latere Academie van Bouwkunst van Amsterdam. Tot 1920 werkt hij bij het Amsterdamse architectenbureau van Herman en Jan Baanders. In dat jaar keert hij terug naar Groningen om daar zijn eigen bureau te beginnen. Een van zijn eerste opdrachten is het ontwerp van Stadion De Esserberg van de Groninger voetbalclub Be Quick 1887. Van Linge is daar zelf ook speler. Als voetballer speelt hij tussen 1919 en 1926 ook dertien keer in het Nederlands elftal. Bij het ontwerp van het stadion werkt hij samen met de Amsterdamse architect Jouke Zietsma.
 
In 1922 wordt Van Linge lid van de Groninger kunstenaarskring De Ploeg. Ook kunstenaar Job Hansen (1899-1960), die bij Van Linge werkt als bouwkundig tekenaar, wordt lid. De ontwerpen van Van Linge worden regelmatig geëxposeerd tijdens de jaarlijkse tentoonstellingen van De Ploeg. Ze zijn sterk geïnspireerd door Amsterdamse School. Daarnaast experimenteert Van Linge ook met andere stijlvormen, zoals De Stijl en het Nieuwe Bouwen. Internationale aandacht verkrijgt hij in 1927 met zijn prijsvraaginzending voor het Paleis van de Volkenbond in Genève. Het functionalistisch getinte ontwerp krijgt een eervolle vermelding tweede klasse, een niet geringe prestatie in een veld van internationale deelnemers.
 
In 1927 neemt Hansen ontslag, al zou Van Linge tot 1934 met hem blijven samenwerken. Daarna gaat Van Linge een samenwerkingsverband aan met de Delftse ingenieur en architect G. Bosma. De samenwerking binnen het bureau Van Linge en Bosma duurt officieel tot 1946, maar ook daarna werken ze veelvuldig samen. Ze vervullen een belangrijke rol in de wederopbouw van de stad Groningen. Voorbeelden zijn de herbouw van Hotel Baulig aan de Herestraat en de Groninger Kook- en Huishoudschool aan de Kraneweg. Daarnaast maken ze een niet gerealiseerd ontwerp voor een cultuurcentrum aan de Grote Markt. Ook de Gronings-Rotterdamse architect Jaap Bakema (1914-1981), die in 1944 bij Van Linge zat ondergedoken nadat hij uit Duitse gevangenschap was ontsnapt, werkt in deze periode voor Van Linge’s bureau.
 
Behalve met de herbouw van panden, houden Van Linge en Bosma zich intensief bezig met verscheidene toepassingen van systeembouw. Zo ontwikkelen ze in 1946 de zogenaamde 'kunstharswoning', waarvan er verscheidene worden gerealiseerd in Haren en Veendam. Ook ontwerpen zij vanaf 1947 een groot aantal duplexwoningen voor de Stichting Pelita die is opgericht om oud-Indiëgangers op te vangen en indien nodig te huisvesten. Ze worden onder andere gebouwd in Groningen, Leeuwarden, Santpoort en Zeist. 
 
In januari 1954 komt Everts zoon Arent E. van Linge, bij het bureau te werken. Ze werken samen onder de naam Architectenbureau Van Linge. In 1960 verhuist het bureau naar Haren. Na de dood van Evert van Linge in 1964 wordt het bureau voortgezet onder de naam Van Linge en Kleinjan. In 2018 werd de gerenoveerde zittribune van Stadion Esserberg vernoemd naar Evert van Linge. De naam werd onthuld door zijn dochter Dodo Duit-Van Linge.

Projecten van E. van Linge:

Groningen
Groningse Kook- en Huishoudschool

Groningse Kook- en Huishoudschool

E. van Linge
1951
Botenhuis De Hunze

Botenhuis De Hunze

E. van Linge
1952
Groningen
Villa Bunker

Villa Bunker

E. van Linge
1925
Groningen
Landhuis Chateau Blanc

Landhuis Chateau Blanc

E. van Linge, Skets Architectuurstudio
1933
Woonhuis Van Linge

Woonhuis Van Linge

E. van Linge
1923
Woonhuis

Woonhuis

E. van Linge
1924